eruditie

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  eruditie    (hulp, bestand)
  • IPA: /eryˈdi(t)si/ (4 lettergrepen)
Woordafbreking
  • eru·di·tie
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘geleerdheid’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1824 [1] [2][3]
enkelvoud meervoud
naamwoord eruditie
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

deeruditiev

  1. uitgebreide, brede kennis
    • Ook Eerste-Kamervoorzitter Ankie Broekers-Knol wees op de 104 wetten die Borst op haar naam schreef. 'Els Borst werd gekenmerkt door elegantie, waardigheid, eruditie, stijl en humor. Ze was een beminnelijke vrouw die zeer scherp en vasthoudend kon zijn.' [4] 
    • PVV-leider Geert Wilders noemt Jansen in een reactie „een bijzonder mens”. „Hij inspireerde ons met zijn eruditie, zijn humor en zijn beminnelijkheid. Hij was een autoriteit op het gebied van islam, had een snelle geest en een scherpe pen. Met hem is een belangrijke steunpilaar van onze fracties heengegaan”, aldus Wilders. [5] 
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord eruditie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
79 %van de Nederlanders;
78 %van de Vlamingen.[6]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.