examenkandidaat

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  examenkandidaat    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • exa·men·kan·di·daat
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord examenkandidaat examenkandidaten
verkleinwoord examenkandidaatje examenkandidaatjes

Zelfstandig naamwoord

deexamenkandidaatm

  1. iemand die de studie voltooid heeft en nu zijn examen gaat doen
    • De examenkandidaat was heel zenuwachtig voor het examen, maar toen hij eenmaal bezig was ging het een stuk beter. 

Gangbaarheid

  • Het woord examenkandidaat staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.