explorer
Engels
Uitspraak
- Geluid: explorer (VS) (hulp, bestand)
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud |
---|---|
explorer | explorers |
Zelfstandig naamwoord
explorer
Frans
Uitspraak
- Geluid: explorer (hulp, bestand)
- IPA: /ɛk.splɔ.ʁe/
Woordherkomst en -opbouw
- Ontleend aan Latijn explorare “waarnemen”, “onderzoeken”, aangetroffen vanaf de 16e eeuw. [1]
stamtijd | ||
---|---|---|
infinitief | verleden tijd |
voltooid deelwoord |
explorer |
explorais |
exploré |
eerste groep | volledig |
Werkwoord
explorer
- overgankelijk (aardrijkskunde) (onbekende gebieden) ontdekken, een ontdekkingstocht doen
- overgankelijk (figuurlijk) (onbekende wetenschapsgebieden, afdelingen, secties e.d.) ontdekken, aftasten
Verwante begrippen
- éclairer
- chercher
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron explorer in: Dictionnaire de l’Académie française, 9e édition op dictionnaire-academie.fr
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.