fixeer

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  fixeer    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • fixeer
enkelvoud meervoud
naamwoord fixeer -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

hetfixeero

  1. (fotografie) zout (natriumthiosulfaat of ammoniumthiosulfaat) voor het fixeren van foto's, een fixeerzout
Afgeleide begrippen
  • fixeermiddel
Verwante begrippen

Werkwoord

vervoeging van
fixeren

fixeer

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van fixeren
    • Ik fixeer. 
  2. gebiedende wijs van fixeren
    • Fixeer! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van fixeren
    • Fixeer je? 

Gangbaarheid

  • Het woord fixeer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
96 %van de Nederlanders;
95 %van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.