freewheel

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  freewheel    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈfriːwiːl/ (2 lettergrepen)
Woordherkomst en -opbouw
Woordafbreking
  • free·wheel
enkelvoud meervoud
naamwoord freewheel freewheels
verkleinwoord - -

Niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie als zelfstandig naamwoord

Zelfstandig naamwoord

hetfreewheelo

  1. (werktuigbouwkunde) mechanisme dat de aandrijfas van een wiel (en daarmee dus het vervoermiddel) loskoppelt van de aandrijving zodra de aandrijfas sneller draait dan de aandrijving
Verwante begrippen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Werkwoord

vervoeging van
freewheelen

freewheel

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van freewheelen
    • Ik freewheel. 
  2. gebiedende wijs van freewheelen
    • Freewheel! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van freewheelen
    • Freewheel je? 

Gangbaarheid

  • Het woord freewheel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.