fysioloog

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  fysioloog    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • fy·sio·loog
Woordherkomst en -opbouw
  • met het voorvoegsel fysio- en met het achtervoegsel -loog
enkelvoud meervoud
naamwoord fysioloog fysiologen
verkleinwoord fysioloogje fysioloogjes

Zelfstandig naamwoord

de fysioloog m

  1. (wetenschap), (beroep) beoefenaar fysiologie, iemand die de levensverrichtingen (zoals de stofwisseling) van organismen bestudeert
Hyponiemen
  • neurofysioloog
  • ontwikkelingsfysioloog
  • pathofysioloog
  • plantenfysioloog
  • psychofysioloog
  • sociofysioloog
  • spierfysioloog
  • sportfysioloog
  • toonfysioloog
  • zintuigfysioloog
Verwante begrippen
Vertalingen

Meer informatie

Gangbaarheid

  • Het woord fysioloog staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.