gehandicapte

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  gehandicapte    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ge·han·di·cap·te
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord gehandicapte gehandicapten
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

degehandicaptev/m

  1. iemand met een beperking van lichamelijke, verstandelijke, psychische en/of sociale aard
    • Chronisch zieken en gehandicapten worden onevenredig hard getroffen door de nieuwe bezuinigingen. 
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Werkwoord

vervoeging van: handicappen…
verbogen vorm: gehandicaptee

gehandicapte

  1. verbogen vorm van gehandicapt, voltooid deelwoord van handicappen

Bijvoeglijk naamwoord

gehandicapte

  1. verbogen vorm van de stellende trap van gehandicapt

Gangbaarheid

  • Het woord gehandicapte staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
96 %van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.