gemoedsleven
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: gemoedsleven (hulp, bestand)
Woordafbreking
- ge·moeds·le·ven
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van gemoed zn en leven zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | gemoedsleven | gemoedslevens |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
het gemoedsleven o [1]
- het emotionele bestaan van iemand; het innerlijke leven
- ▸ Hij beschikt over optimistisch vertrouwen in zijn uitrusting, geestelijke kracht en een stabiel gemoedsleven.[2]
Gangbaarheid
- Het woord gemoedsleven staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ “Corps delcti” (2009), Ambo/Anthos uitgevers , ISBN 9789041417480
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.