gifbrief

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  gifbrief    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • gif·brief
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord gifbrief gifbrieven
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

degifbriefm

  1. een gif bevattend poststuk waarmee men probeert de ontvanger te vergiftigen
     Vermoedelijke afzender gifbrief aan Witte Huis opgepakt[1]
     18 jaar cel voor gifbrief Obama[2]
Verwante begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord gifbrief staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

  1. Weblink bron “Vermoedelijke afzender gifbrief aan Witte Huis opgepakt” (Maandag 21 september 2020, 02:09), NOS
  2. Weblink bron “18 jaar cel voor gifbrief Obama” (Woensdag 16 juli 2014, 19:53), NOS
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.