gifpieper

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  gifpieper    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • gif·pie·per
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord gifpieper gifpiepers
verkleinwoord gifpiepertje gifpiepertjes

Zelfstandig naamwoord

degifpieperm

  1. een aardappel(ras) waarbij veel bestrijdingsmiddelen (zouden) worden gebruikt
Antoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord gifpieper staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
55 %van de Nederlanders;
32 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.