giftand

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  giftand    (hulp, bestand)
  • IPA: /'ɣɪftɑnt/
Woordafbreking
  • gif·tand
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord giftand giftanden
verkleinwoord giftandje giftandjes

Zelfstandig naamwoord

degiftandm

  1. tand waarmee bij een beet gif in het slachtoffer ingespoten wordt
    • Sommige slangen hebben holle giftanden. 
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord giftand staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
97 %van de Nederlanders;
94 %van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.