glycol

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  glycol    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • gly·col
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘antivries’ voor het eerst aangetroffen in 1907 [1]
  • [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord glycol glycolen
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

deglycolm

  1. (scheikunde) tweewaardige alcohol
  2. antivriesmiddel, desinfectiemiddel, zoetmaker
    • om de wijn zoeter te maken werd er glycol aan toegevoegd! 
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
  • glycolzuur
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord glycol staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
73 %van de Nederlanders;
77 %van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.