haanvissen
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: haanvissen (hulp, bestand)
- (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
- haan·vis·sen
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van haan en vissen zn
- haanvis zn met de uitgang -en
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | haanvissen | |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de haanvissen mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord haanvis
- meervoudsvorm als officiële benaming (straalvinnigen) een familie Luvaridae van straalvinnige vissen uit de orde van baarsachtigen (Perciformes )
Hyperoniemen
Hyponiemen (in taxonomische zin)
- [2] haanvis
Gangbaarheid
- Het woord 'haanvissen' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.