halacha
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: halacha (hulp, bestand)
- IPA: /halɑˈxa/
Woordafbreking
- ha·la·cha
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | halacha | halachot |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de halacha v / m
- (Jiddisch-Hebreeuws) het normatieve, voorschrijvende deel van de mondelinge Tora
- (Jiddisch-Hebreeuws) één onderdeel uit dit normatieve deel
- (Jiddisch-Hebreeuws) de hiermee verband houdende jurisprudentie
Verwante begrippen
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord halacha staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "halacha" herkend door:
8 % | van de Nederlanders; |
10 % | van de Vlamingen.[3] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Stichting Hebreeuwse en Jiddisje woorden in het Nederlands
- ↑ Stichting Hebreeuwse en Jiddisje woorden in het Nederlands
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.