hallucinant

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  hallucinant    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • hal·lu·ci·nant
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord hallucinant hallucinanten
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

dehallucinantm

  1. iemand die hallucinaties heeft
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen hallucinanthallucinanterhallucinantst
verbogen hallucinantehallucinanterehallucinantste
partitief hallucinantshallucinanters-

Bijvoeglijk naamwoord

hallucinant

  1. verbijsterend, schokkend

Gangbaarheid

  • Het woord hallucinant staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
83 %van de Nederlanders;
98 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.