halvefinalist

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  halvefinalist    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • hal·ve·fi·na·list
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord halvefinalist halvefinalisten
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

dehalvefinalistm

  1. (sport) team of sporter die deelneemt aan de halve finale; team op sporter die hoort bij de beste vier van een toernooi
     Maar Tsitsipas toonde in die beslissende fase aan waarom hij een toptienspeler is. De halvefinalist in 2019 brak Kokkinakis op 2-2 en serveerde de partij gedecideerd uit.[1]
     De Romeinen waren in de vorige ronde zowel thuis als uit te sterk voor Sjachtar Donetsk, halvefinalist van vorig seizoen. Oud-Feyenoorder Rick Karsdorp liep in de return een gele kaart op, waardoor hij het duel in de Johan Cruijff Arena vanwege een schorsing mist. Een aderlating, volgens Kluivert. "Karsdorp speelt daar heel goed."[2]

Gangbaarheid

  • Het woord halvefinalist staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

  1. Weblink bron “Tsitsipas laat zien waarom hij een toptienspeler is, ook veteraan López (39) wint” (Donderdag 11 februari 2021, 10:00), NOS
  2. Weblink bron “Kluivert waarschuwt Ajax: 'AS Roma is wel wat tegenstand gewend'” (Woensdag 7 april 2021, 10:07), NOS
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.