handelspolitiek
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: handelspolitiek (hulp, bestand)
Woordafbreking
- han·dels·po·li·tiek
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van handel en politiek met het invoegsel -s-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | handelspolitiek | - |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de handelspolitiek v
- (handel) (politiek) (economie) het geheel van beginselen die een staat op het gebied van de handel volgt
- (handel) (politiek) (economie) beleid van een handelsonderneming
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | handelspolitiek | handelspolitieker | handelspolitiekst |
verbogen | handelspolitieke | handelspolitiekere | handelspolitiekste |
partitief | handelspolitieks | handelspolitiekers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
handelspolitiek
- betreffende de politiek op handelsgebied
Gangbaarheid
- Het woord handelspolitiek staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.