handjeplak
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: handjeplak (hulp, bestand)
Woordafbreking
- hand·je·plak
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van handje zn en plak ww [1][2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | handjeplak | |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
het handjeplak o
- hand in hand lopen of zitten
- Soms fantaseer ik hoe het zou zijn als Feyenoord- en Ajaxspelers de kleine mascottekindjes in de catacomben achterlaten en bij wijze van vredespijp zelf hand in hand het veld opgaan. Makaay handjeplak met Stekelenburg. Suarez die de zachte wang van directe tegenstander Bahia streelt. De homofobe hooligans in de Kuip zullen met hun ogen knipperen bij zo’n lieflijke benadering.[3]
- Het handjeplak van een halfuur tijdens de zaterdagse bruiloft, vermeld door De Telegraaf, werd door Clarín, de grootste krant in Argentinië, in ironische toonzetting geciteerd.[4]
Uitdrukkingen en gezegden
- handjeplak met iemand spelen
samenspannen met iemand tegen iemand anders
- handjeplak spelen
onder een hoedje spelen
Gangbaarheid
- Het woord handjeplak staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ handjeplak op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ NRC Wilfried de Jong 29 maart 2010
- ↑ Volkskrant Ineke Holtwijk 1 september 1999
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.