heng

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  heng    (hulp, bestand)
  • IPA: /hɛŋ/ (1 lettergreep)
Woordafbreking
  • heng
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord heng hengen
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

dehengv/m

  1. (bouwkunde) hengsel van een deur, het platte ijzer dat aan de deur zelf wordt bevestigd, met aan een kant een verticale opening voor de pin waar het scharnier om draait
    • Deze hengen die worden geleverd in de kleur zwart. Mocht je dan ook een donker hek of een donkere deur dan past deze heng daar goed bij. [3]
Synoniemen
  • geheng
Holoniemen
  • deurscharnier

Gangbaarheid

  • Het woord heng staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
17 %van de Nederlanders;
17 %van de Vlamingen.[4]

Verwijzingen

Noors

Woordafbreking
  • heng

Werkwoord

heng

  1. gebiedende wijs van henge

Nynorsk

Woordafbreking
  • heng

Werkwoord

heng

  1. gebiedende wijs van henga

Werkwoord

heng

  1. gebiedende wijs van henge

Werkwoord

heng

  1. gebiedende wijs van hengja

Werkwoord

heng

  1. gebiedende wijs van hengje
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.