hersentjes

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  hersentjes    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈhɛrsəncəs/
Woordafbreking
  • her·sen·tjes
Woordherkomst en -opbouw
  • alleen meervoud, afgeleid van hersens met het achtervoegsel -tje ingevoegd voor de meervoudsuitgang -s
enkelvoud meervoud
naamwoord - hersens
verkleinwoord - hersentjes

Zelfstandig naamwoord

dehersentjesmv

  1. (letterlijk) kleine hersens; verkleinwoord van hersens of hersenen
    • Na de geboorte hebben de hersentjes mede niet weinig te lijden, (...) [1]
  2. (figuurlijk) geringe verstandelijke vermogens
    • Het is nauwelijks denkbaar dat die oppervlakkige en botte hersentjes oog en oor voor die literatuur hebben gehad. [2]

Gangbaarheid

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.