hijsoog
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: hijsoog (hulp, bestand)
Woordafbreking
- hijs·oog
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van hijs ww en oog zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | hijsoog | hijsogen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
het hijsoog o
- ring of gat waaraan men een kabel kan bevestigen om iets op te tillen, kan deel van het hijswerktuig zijn maar ook van het op te hijsen voorwerp
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord hijsoog staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "hijsoog" herkend door:
55 % | van de Nederlanders; |
46 % | van de Vlamingen.[3] |
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “Nieuwe boottrailer Vanclaes” (09 mrt. 2013), De Telegraaf
- ↑ Weblink bron “Superspeelgoed” (16 mrt. 2014), De Telegraaf
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.