homoziekte

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  homoziekte    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈhomoˌziktə/ (4 lettergrepen)
Woordafbreking
  • ho·mo·ziek·te
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord homoziekte homoziektes
homoziekten
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

dehomoziektev

  1. (medisch) aandoening die alleen of vooral voorkomt bij mannen die seks hebben met andere mannen
    • Hij stierf zelf in het voorjaar van 1984 aan aids. Maar al snel werd duidelijk dat aids niet exclusief een homoziekte was. [2]

Gangbaarheid

  • Het woord homoziekte staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.