houthandelaar

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  houthandelaar    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • hout·han·de·laar
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord houthandelaar houthandelaren
houthandelaars
verkleinwoord houthandelaartje houthandelaartjes

Zelfstandig naamwoord

dehouthandelaarm

  1. (beroep) (handel) iemand die voor zijn beroep hout in- en verkoopt

Gangbaarheid

  • Het woord houthandelaar staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.