inkoopkantoor
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: inkoopkantoor (hulp, bestand)
Woordafbreking
- in·koop·kan·toor
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van inkoop zn en kantoor zn
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | inkoopkantoor | inkoopkantoren |
| verkleinwoord | inkoopkantoortje | inkoopkantoortjes |
Zelfstandig naamwoord
het inkoopkantoor o
- (economie) organisatie die zorg draagt voor de inkoop van producten en diensten voor andere organisaties en bedrijven
- ▸ Het bedrijf uit India was vanaf 2006 betrokken bij het aanleggen van een gaspijpleiding in India. Het Nederlandse bedrijf fungeerde als inkoopkantoor: er werden van over de hele wereld materialen en diensten ingekocht voor de gaspijpleidingen. De kosten van de geleverde materialen en diensten zijn door het Indiase bedrijf doorberekend aan de afnemers van het gas in India.[1]
Gangbaarheid
- Het woord inkoopkantoor staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “Mannen aangehouden voor witwassen 1,1 miljard euro” (vrijdag 5 april 2019, 15:02), NOS
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.