internettaal

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  internettaal    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈɪntərnɛˌtal/ (4 lettergrepen)
Woordafbreking
  • in·ter·net·taal
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord internettaal internettalen
verkleinwoord internettaaltje internettaaltjes

Zelfstandig naamwoord

deinternettaalv/m

  1. jargon voor internetgebruikers
Synoniemen
  • internetjargon
Verwante begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord 'internettaal' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.