interpellatie

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  interpellatie    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • in·ter·pel·la·tie
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘vraag om inlichting aan bestuurder’ voor het eerst aangetroffen in 1633 [1]
  • Naamwoord van handeling van interpelleren met het achtervoegsel -atie [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord interpellatie interpellaties
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

deinterpellatiev [3]

  1. vraag om inlichtingen aan een bestuurder, vooral in de kamer door een kamerlid gesteld aan een minister
Afgeleide begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord interpellatie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
65 %van de Nederlanders;
91 %van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.