jogging

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  jogging    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • jog·ging
Woordherkomst en -opbouw
  • Naamwoord van handeling van joggen met het achtervoegsel -ing of afgeleid van het Engelse jogging
enkelvoud meervoud
naamwoord jogging joggings
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

dejoggingv

  1. (sport) het hardlopen om te trainen, als oefening om in conditie te blijven
    • De jogging van vanochtend heeft me goed gedaan. 
Afgeleide begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord jogging staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
95 %van de Nederlanders;
97 %van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Frans

Uitspraak
  • Geluid:  jogging    (hulp, bestand)

Zelfstandig naamwoord

jogging m

  1. (spreektaal) joggingpak [2]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.