journalistiek

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  journalistiek    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˌʒurnalɪsˈtik/ (4 lettergrepen)
Woordafbreking
  • jour·na·lis·tiek
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord journalistiek -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

dejournalistiekv

  1. (media) verstrekking van informatie via de media
Synoniemen
  • nieuwsverstrekking
Hyponiemen
Verwante begrippen
Vertalingen
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen journalistiekjournalistiekerjournalistiekst
verbogen journalistiekejournalistiekerejournalistiekste
partitief journalistieksjournalistiekers-

Bijvoeglijk naamwoord

journalistiek

  1. betrekking hebbend op de nieuwsgaring

Gangbaarheid

  • Het woord journalistiek staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.