kanonschot

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  kanonschot    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ka·non·schot
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord kanonschot kanonschoten
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

hetkanonschoto

  1. de keer dat men een kanon afvuurt
     Oorlogszuchtige muziek? In ieder geval muziek, opgedragen aan vechtersbazen. Crescendo Neede, Amicitia Rietmolen en leden van Concordia Noordijk bezorgden enkele honderden zaterdagavond onder zomers omstandigheden de 'Slag om Neede'. Met als klapstuk - letterlijk - een kanonschot in Tsjaikovski's 'Ouverture 1812'.[2]
     Volgens plaatselijke media worden er dit jaar in Windsor op 21 april geen 21 kanonschoten afgeschoten te ere van de jarige vorstin, omdat het Pasen is. Dat eerbetoon is naar maandag verplaatst.[3]
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord kanonschot staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Weblink bron “Vreedzame Slag om Neede” (08-07-2012), Tubantia
  3. Weblink bron “Britse koningin Elizabeth wordt 93” (21 apr. 2019), De Telegraaf
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.