kantoorbediende

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  kantoorbediende    (hulp, bestand)
  • IPA: /kɑn'torbədində/
Woordafbreking
  • kan·toor·be·dien·de
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord kantoorbediende kantoorbedienden
kantoorbediendes
verkleinwoord kantoorbediendetje kantoorbediendetjes

Zelfstandig naamwoord

dekantoorbediendem

  1. (beroep) iemand die op kantoor werkt
    • Zij zijn al jaren kantoorbedienden bij hetzelfde bedrijf. 
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord kantoorbediende staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.