kantoorspul

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  kantoorspul    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • kan·toor·spul
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord kantoorspul kantoorspullen
verkleinwoord kantoorspulletje kantoorspulletjes

Zelfstandig naamwoord

hetkantoorspulo

  1. zaken die men nodig heeft voor kantoorwerk
     Dora gooit haar rugzak met kantoorspullen over haar schouder en bindt het mandje op Gustavs voordrager.[1]
Opmerkingen
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord 'kantoorspul' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.