kleine vliegenvanger

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  kleine vliegenvanger    (hulp, bestand)
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • klei·ne vlie·gen·van·ger
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord kleine vliegenvanger kleine vliegenvangers
verkleinwoord klein vliegenvangertje kleine vliegenvangertjes

Zelfstandig naamwoord

dekleine vliegenvangerm

  1. (zangvogels) Ficedula parva  een zangvogel uit de familie van vliegenvangers (Muscicapidae). Het is een trekvogel die broedt in Europa en West-Azië en overwintert in India
Hyperoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord 'kleine vliegenvanger' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.