klepperen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  klepperen    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • klep·pe·ren
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘een kleppend geluid geven’ voor het eerst aangetroffen in 1636 [1]
  • frequentatief gevormd uit kleppen met het achtervoegsel -er
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
klepperen
klepperde
geklepperd
zwak -d volledig

Werkwoord

klepperen

  1. voortdurend een kleppend geluid maken
Verwante begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord klepperen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
97 %van de Nederlanders;
88 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.