klusser

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  klusser    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • klus·ser
Woordherkomst en -opbouw
  • Naamwoord van handeling van klussen met het achtervoegsel -er
enkelvoud meervoud
naamwoord klusser klussers
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

deklusserm

  1. iemand die onderhoudswerkzaamheden aan een huis doet en dat niet doet als hoofdverdienste
    • De echte klusser is altijd bezig met zijn huis te verfraaien. 
    • Waarom is de reeks zo populair? Door de klassieke slapstick, de prachtige gadgets die de buren bouwen, en door de opgeruimde karakters van de twee. Steeds weer beginnen de doe-het-zelvers vol goede moed aan een klus, die dan al snel gierend uit de hand loopt. En als ze de chaos hebben bezworen, en het toch is gelukt, stort het toch allemaal weer in. De opgewekte klussers zullen echter nooit opgeven. Verder bedenken ze tussen alle blunders door ook altijd innovatieve oplossingen. [1] 
Synoniemen
Antoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord klusser staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. NRC Wilfred Takken 7 december 2016
  2. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.