knalblauw

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  knalblauw    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈknɑlblɑu/ (2 lettergrepen)
Woordafbreking
  • knal·blauw
Woordherkomst en -opbouw
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen knalblauwknalblauwerknalblauwst
verbogen knalblauweknalblauwereknalblauwste
partitief knalblauwsknalblauwers-

Bijvoeglijk naamwoord

knalblauw

  1. met heel opvallende blauwe kleur
    • "We hebben prachtig werk", vindt Rita. "Mensen zijn altijd vrolijk. Vooral kinderen maken het leuk. Die blije gezichten. Daarbij maak je leuke dingen mee. Er waren hier bijvoorbeeld een keer twee jongetjes, het jongste jongetje vroeg toen wat er in smurfenijs zat. Waarop zijn broertje zei: smurfen natuurlijk. Eric heeft toen een heel verhaal verteld over hoe hij 's ochtends het bos ingaat om smurfen te vangen, vandaag zat brilsmurf erin, vertelde hij. Eigenlijk is smurfenijs gewoon knalblauw vanille-ijs." [1] 
    • Mocht je een seventies-themafeest hebben, dan zit je met de iconische ABBA make-uplook geramd. Haal je knalblauwe oogschaduw en krultang uit de kast en tover jezelf om tot een echte Agnetha of Anni-Frid. Misschien moeten we die look ook maar weer eens terugbrengen in het straatbeeld, want nooit genoeg kleur en glitters, toch? [2] 
Antoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord 'knalblauw' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
93 %van de Nederlanders;
89 %van de Vlamingen.[3]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.