lichtblauw

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  lichtblauw    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • licht·blauw
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord lichtblauw
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

hetlichtblauwo

  1. geen meervoud (RAL-kleur) tint blauw met RAL-nummer 5012 (  ).
    • Kunt u die panelen ook leveren in lichtblauw? 
    • Heeft u die ook in het lichtblauw? 
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen lichtblauwlichtblauwerlichtblauwst
verbogen lichtblauwelichtblauwerelichtblauwste
partitief lichtblauwslichtblauwers-

Bijvoeglijk naamwoord

lichtblauw

  1. (RAL-kleur) in een tint blauw met RAL-nummer 5012 (  ).
    • De zijkant was een egaal lichtblauw vlak. 
    • Hij rijdt in een lichtblauwe auto. 
     Ik bood hem er een aan uit mijn lichtblauwe pakje Gauloises Brunes zonder filter en gaf hem vuur met mijn solid brass zippo.[1]
Verwante begrippen
namen van RAL-kleuren in het Nederlands
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord lichtblauw staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

  1. “Grand Hotel Europa” (2018), De Arbeiderspers , ISBN 978-90-295-2622-7, p. 11
  2. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.