kolfje

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  kolfje    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • kolf·je
enkelvoud meervoud
naamwoord kolfje kolfjes
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

hetkolfjeo

  1. een kolfje naar iemands hand zijn: iets dat hij graag doet

Zelfstandig naamwoord

hetkolfjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord kolf

Gangbaarheid

  • Het woord kolfje staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
94 %van de Nederlanders;
98 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.