kruisarm

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  kruisarm    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • kruis·arm
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord kruisarm kruisarmen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

dekruisarmm

  1. het korte liggende hout van een kruis
  2. transept van een kruiskerk
  3. de twee aan twee elkaar kruisende balken van een rad
Verwante begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord 'kruisarm' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
71 %van de Nederlanders;
67 %van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.