kruisbeuk

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  kruisbeuk    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • kruis·beuk
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord kruisbeuk kruisbeuken
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

hetkruisbeuko

  1. (bouwkunde) (religie) deel van een kerk tussen het koor en het schip dat dwars op de lengteas staat
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord kruisbeuk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.