lærsko

Noors

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
  • IPA: /læːɾ/
Woordafbreking
  • lær·sko
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

lærsko m

  1. (kleding) een leren schoen.
    «Noen foretrekker lærsko, mens andre foretrekker plast.»
    Sommigen geven de voorkeur aan leren schoenen, terwijl anderen de voorkeur geven aan kunststof.
Verbuiging
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   lærsko     lærskoen     lærsko     lærskoene
lærskoa  
genitief   lærskos     lærskoens     lærskos     lærskoenes
lærskoas  
Verwante begrippen
  • lærstøvel
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.