langebaanschaatser
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: langebaanschaatser (hulp, bestand)
Woordafbreking
- lan·ge·baan·schaat·ser
Woordherkomst en -opbouw
- samenstellende samenstelling van lang bn, baan zn en schaatser zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | langebaanschaatser | langebaanschaatsers |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de langebaanschaatser m
- (sport) sporter die schaatswedstrijden rijdt op een 400 meter baan
- ▸ Na haar pensioen als langebaanschaatser stortte Atje zich nog jarenlang op een nieuwe discipline: marathonschaatsen.[1]
- ▸ Shorttracker Pietro Sighel, zoon van de succesvolle langebaanschaatser Roberto, werkt toe naar de Winterspelen van 2026. Die vinden plaats in Italië, zijn thuisland. "Het is mijn ultieme doel."[2]
Gangbaarheid
- Het woord langebaanschaatser staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Jessica Merkens“Op eigen houtje” (2023), Ambo/Anthos uitgevers , ISBN 9789026360930
- ↑ Weblink bron “Winterspelen in thuisland Italië zijn 'ultieme doel' voor shorttracker Sighel” (Zaterdag 13 januari, 16:16), NOS
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.