lastminute
Niet te verwarren met: last minute |
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: lastminute (hulp, bestand)
- IPA: / lɑːstˈmɪnɪt / (3 lettergrepen)
Woordafbreking
- last·mi·nute
Woordherkomst en -opbouw
- van last minute bn , aaneengeschreven volgens spellingregel 12.A of van Engels "lastminute.com" , handelsnaam en website van een aanbieder van dergelijke reizen
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | lastminute | lastminutes |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de lastminute m
- vakantiereis die kort voor het vertrektijdstip wordt aangeboden (oorspronkelijke vaak een zeer lage prijs, omdat dat voor de verkoper altijd nog aantrekkelijker was dan een onbenutte plaats in een vervoermiddel of accommodatie waarvoor wel kosten zijn gemaakt)
- ▸ Nu tickets online worden verkocht passen de luchtvaartmaatschappijen voortdurend hun prijzen aan. Het effect van de lastminute is er nog wel, maar veel minder sterk. In advertenties is de lastminute echter nog steeds geliefd: we associëren de term nog steeds met goedkoop.[1]
Gangbaarheid
- Het woord lastminute staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron Laura Wismans“Waarom hij 1.000 euro betaalt... ...en zij 750 voor dezelfde vlucht” (18 december 2012) op nrc.nl
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.