lastpost

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  lastpost    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • last·post
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord lastpost lastposten
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

delastpostm

  1. iemand die veel hinder veroorzaakt
    • Jongens tussen de 10 en 25 jaar kunnen vreselijke lastposten zijn. 
Synoniemen
  1. lastpak

Gangbaarheid

  • Het woord lastpost staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.