lensput
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: lensput (hulp, bestand)
Woordafbreking
- lens·put
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van lens bn en put zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | lensput | lensputten |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de lensput m
- (scheepvaart) laagste punt van een schip waar zich (lek)water ophoopt en waar dit water kan worden weggepompt
Synoniemen
- hoos, lekwaterput, pompgat
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord 'lensput' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "lensput" herkend door:
25 % | van de Nederlanders; |
26 % | van de Vlamingen.[1] |
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.