lichtzinnig

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  lichtzinnig    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • licht·zin·nig
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Duits, in de betekenis van ‘onberaden’ voor het eerst aangetroffen in 1623 [1]
  • Samenstellende afleiding van licht en zin met het achtervoegsel -ig [2]
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen lichtzinniglichtzinnigerlichtzinnigst
verbogen lichtzinnigelichtzinnigerelichtzinnigste
partitief lichtzinnigslichtzinnigers-

Bijvoeglijk naamwoord

lichtzinnig

  1. zonder nadenken
    • De jongen had een lichtzinnige levenshouding en maakte zijn huiswerk nooit. 
  2. zedeloos
    • Het lichtzinnige meisje had maar weinig kleren aan. 
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord lichtzinnig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[3]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.