liefdadig

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  liefdadig    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • lief·da·dig
Woordherkomst en -opbouw
  • Samenstellende afleiding van lief en daad met het achtervoegsel -ig
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen liefdadigliefdadigerliefdadigst
verbogen liefdadigeliefdadigereliefdadigste
partitief liefdadigsliefdadigers-

Bijvoeglijk naamwoord

liefdadig

  1. hulp geven uit goedheid zonder eigenbelang
Afgeleide begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord liefdadig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.