lijfeigene

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  lijfeigene    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • lijf·ei·ge·ne
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord lijfeigene lijfeigenen
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

delijfeigenev/m

  1. (geschiedenis) (leenstelsel) iemand die met het lijf een meester toebehoort: een onvrije, slaaf of horige
    • De vader van Peter Kropotkin was de eigenaar van ongeveer 1200 mannelijke lijfeigenen en ongeveer evenveel vrouwen. De eigenaar van de lijfeigenen was diegene die besloot wie met wie trouwde, waardoor veel gedwongen huwelijken gesloten werden. Ook kwam het vaak voor dat lijfeigenen werden verkocht of vergokt 
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord lijfeigene staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
92 %van de Nederlanders;
95 %van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.