longkanker
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: longkanker (hulp, bestand)
Woordafbreking
- long·kan·ker
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van long en kanker
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | longkanker | - |
| verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de longkanker m
- (medisch) kwaadaardig longgezwel meestal ontstaan door (mee)roken maar ook door het inademen van asbestdeeltjes (echter voor Nederland is uitgerekend dat meer mensen longkanker krijgen door meeroken dan door asbest)
- Voor doorsnee rokers is het risico om longkanker te krijgen 20 keer zo hoog als voor iemand die niet rookt. [1]
Vertalingen
1.
Gangbaarheid
- Het woord longkanker staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "longkanker" herkend door:
| 99 % | van de Nederlanders; |
| 100 % | van de Vlamingen.[2] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ www.tegenkanker.be
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.