lospeuteren

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  lospeuteren    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • los·peu·te·ren
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
lospeuteren
peuterde los
losgepeuterd
zwak -d volledig

Werkwoord

lospeuteren overgankelijk

  1. met moeite losmaken
  2. door aandrang of overreding iets trachten te verkrijgen of te weten te komen
Afgeleide begrippen
  • losgepeuter

Gangbaarheid

  • Het woord lospeuteren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.