maaksel

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  maaksel    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • maak·sel
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord maaksel maaksels
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

hetmaakselo

  1. iets dat door mensen gemaakt is
    • Een boeket met kunstgebitten en valse tanden. Dat was vrijdag, volgens de jury van het Twents/Achterhoeks kampioenschap bloemschikken, het meest komische maaksel. In Het Palthehuis in Oldenzaal leefden 53 bloemschikkers en -sters hun fantasie uit op het thema humor. [3] 
    • Het simpelste geval, een op afstand bestuurbare modelauto, heb je binnen tien minuten rijklaar. Voor het moeilijkste geval -de piano - mag je gerust drieënhalf uur uittrekken voordat je er een mooie Vader Jacob op pingelt. Daarbij is de tijd om het maaksel te pimpen niet meegerekend, maar de software moedigt aan alle kanten aan om het naar eigen inzicht te kleuren, verven, beplakken of anderszins op te leuken. [4] 
  2. (geologie) de ruimtelijke en geometrische ligging van elementen in een gesteente
Synoniemen
Antoniemen
    Vertalingen

    Gangbaarheid

    • Het woord maaksel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
    92 %van de Nederlanders;
    80 %van de Vlamingen.[5]

    Meer informatie

    Verwijzingen

    Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.